Nepal


6 weken backpacken in Nepal inclusief twee trekkings, Annapurna circuit en Helambu trek.

Nepal
Klik op kaartje voor interactieve map

 De voorbereiding 
Onze voorbereiding begint in 1998. We willen gaan wandelen, dat is het enige wat vast staat. We lezen op internet dat je in Nepal goed kunt wandelen. Omdat we nog nooit zóver van huis zijn geweest, willen we georganiseerd gaan. We informeren bij reisbureaus wat dat zal gaan kosten. Reisboeken meegekregen en bekeken wat er mogelijk is.

Het Dolpo gebied en het aantal dagen dat de georganiseerde reis duurt, staat ons wel aan. Dit is een gebied zonder veel bebouwing en kan alleen georganiseerd bereisd worden, waarbij je alle spullen zelf mee moet nemen. Er is geen enkele voorziening. Het is behoorlijk prijzig. Via de vakantiebeurs en de Op Pad beurs verder informatie bij elkaar sprokkelen.
Op de Op Pad beurs kijken we bij een kraampje wat rond. Onder het thema: “Lezers – informeren – lezers” spreken we met Monique Meulstee. Uit dit gesprek en het boekje “Hemelse Hoogten”, dat ze samen met haar vriend geschreven heeft, blijk je ook gemakkelijk zelfstandig te kunnen reizen door Nepal. Maar niet in alle gebieden en het zal dan wel meer tijd kosten tijdens de vakantie om trekkingpermits e.d. te regelen.
Via internet stellen we in nieuwsgroep nl.wandel. Hierop krijgen we allerlei reacties. Inhoud is vaak dat je goed alleen in Nepal kunt reizen en men adviseert ons het Annapurna gebied. Dit omdat het de nodige voorzieningen heeft om zelf te kunnen bereizen. Mensen kijken op onze homepage wat voor ervaring we hebben. Dat zou ruim voldoende zijn. Via informatie van mensen die al in Nepal zijn geweest, besluiten we zelfstandig te gaan reizen. De maanden oktober/november zouden er bij uitstek geschikt voor zijn. Het regenseizoen is dan voorbij en de temperatuur is goed.

In januari 1999, boeken we alvast onze vlucht met Transavia. We willen 5½ week op pad gaan. Achteraf blijkt dat de vlucht goedkoper en ook goed kan bij Gulf en Quatar Air. Het reisbureau adviseert ons dit niet te doen. Medereizigers zijn echter goed te spreken over beide vliegmaatschappijen. Het scheelt zo’n fl. 450,- per ticket, maar de vlucht duurt wel veel langer. Omdat we nog wat onervaren zijn is de vlucht met Transavia prima.

Visum
Het visum regelen we door de paspoorten met visum formulier aangetekend te sturen naar het Consulaat van Nepal. Zij sturen het dan met visum terug. Kosten ongeveer € 40,00. Het is ook mogelijk om via een visumdienst je paspoort te laten versturen. Wij gaan eigenlijk in eerste instantie alleen voor het wandelen. Als je in Nepal bent is het een must ook de cultuur mee te krijgen. Deze is zo anders dan in de westerse wereld. Vandaar dat we ook de dagen rondom een trekking beschrijven. 
Materialen in de breedste zin van het woord, kun je alleen vinden in de grote steden zoals Kathmandu. In Pokhara is het al een stuk minder. Er is nagenoeg geen industrie, vandaar dat er ook weinig middelen te krijgen zijn. Hindoeïsme en Boedhisme zijn de belangrijkste godsdiensten en zorgen er mede voor dat de lokale bevolking vriendelijk en behulpzaam is. De meeste mensen hebben respect voor spullen van andere mensen, al moet je wel op blijven letten voor de enkeling die dat niet heeft.
Afdingen op de vraagprijs hoort erbij, vaak tot 50 % of meer van het gevraagde. Als je dat niet doet betaal je tot wel 5 keer teveel. De hygiëne standaard is niet erg hoog. Er zijn hier nog veel ziektes die in de westerse wereld al niet meer voorkomen. We hebben daarom inentingen gehaald bij de huisarts. We eten in Nepal bijna geen vlees, als je de slachterijen langs de weg ziet, weet je waarom. De mensen die met toeristen in aanraking komen spreken veelal Engels. Via de telefoon en internetwinkels in de steden kunnen we gemakkelijk contact houden met het thuisfront. In de bergen is hier en daar ook nog een telefoon. Telefoon is erg duur, daarom is communiceren via internet een goed alternatief.

Thamel
Thamel is de toeristenwijk van Kathmandu, vol hotels, gasthuizen, restaurants, bakkers, supermarkten, winkeltjes, shops, verkoopstalletjes. Hier verblijft het merendeel van de toeristen. 
Patan, Baktapur, Swayambhunath, Durbar Square, Pashupatinath, zijn plaatsen met mooie tempels of bezienswaardigheden in of rondom Kathmandu

Pokhara
Ligt 200 km (ongeveer 6 uur met de bus) vanaf Kathmandu. Het 2e stadje van Nepal door een sprookjesachtig meer omringd met bergen. Dit is de begin- en eindplaats voor de trekking in het Annapurna gebergte.

Nepal heeft een aantal wildparken en ook raften op een wilde rivier is hier goed mogelijk.

Eten
Vaak hebben de lodge’s of restaurants een uitgebreid menu. Eet alleen vlees in de betere restaurants. Deze geven ook vaak aan dat ze rauwe groente wassen met jodium water. Er zijn voor het ontbijt prima broodjes zaken (German Bakery) met terras. De Lonely Planet en de Trialblazer geven goed aan welke de betrouwbare zijn.

Hygiëne
Water uit de rivier, beek en kraan kun je niet drinken. Je kunt plastic flessen kopen met water. Let goed op de verzegeling. In Nepal kunnen ze plastic niet verwerken, dit verdwijnt dus allemaal in de rivier. Beter is het om water te zuiveren met een waterfilter en vervolgens met chloor en anti chloorsmaak druppels te behandelen. Of met jodium druppels. Dit geeft wel een jodium smaak, waar je dan ook wel weer aan gewend raakt. De toiletten zijn een grote bron van infectie. Er is vaak geen water en zeep om je handen te wassen. Er is een alcoholgelei in de handel van Palmolive die je handen zonder water bacterieel reinigt. Gemakkelijk in gebruik en handig om mee te nemen. In 1999 nog niet te krijgen in Nepal. Dit in tegenstelling tot een groot aantal andere verzorgingsproducten zoals, tandpasta, shampoo en toiletpapier. Er zijn ook apotheken waar je gemakkelijk de juiste antibiotica en Diamox (tegen hoogte ziekte) kunt kopen. Let wel op de houdbaarheidsdatum. Dit geld ook voor voorverpakte etenswaren. Deze willen zeker in de bergen wel eens jaren verlopen zijn.

In de meeste lodge’s en hotels kun je douchen. In de bergen is dat ook regelmatig een koude douche. Er zijn ook medewandelaars die dan wel eens een verzorgingsbeurt na een wandeling overslaan. Boven de 3500 meter is er vaak geen stromend water en dus geen mogelijkheid tot douchen.

Geld
De Nepalese munt heet rupee (spreek uit als roepie). 1 rupee is ± 3,3 cent. Voor 1 gulden krijg je dus 33 rupee, voor 1 Amerikaanse dollar 67 rupee (1999). Er kan soms ook met Amerikaanse dollars betaald worden. Binnenlandse vliegreizen moeten in dollars betaald worden. Bij de wat betere banken kun je met creditcard geld halen (pinautomaten zijn er nog niet). Ook de travellercheques zijn bij elk wisselkantoor te verzilveren. Er zijn banken die zonder commissie geld wisselen. De meeste wisselkantoren rekenen 1 tot 1 ½ procent. Neem wat dollars en het merendeel aan travellercheques mee plus een creditcard. Dan sta je niet snel zonder geld.

Boeken
Lonely Planet: sept. 1999
Zeer gebruiksvriendelijk in Nepal. Je kunt er veel over de cultuur, de te bezoeken attracties lezen. Zorg dat je de nieuwste hebt.

Lonely planet: Trekking in the Nepal Himalaya
Geeft je wel een grove lijn maar is eigenlijk goed alleen om uit te zoeken welke route je wil gaan wandelen. Maar niet specifiek genoeg om er een tocht mee te maken.

Trailblazer: Trekking in the Annapurna region by Bryn Thomas. 
Deze boekjes zijn goed geschikt mits je de nieuwste versie hebt. Te koop in de boekenwinkel van Thamel. Ook in Nederland, vaak op aanvraag. In Nepal zijn ze een stuk goedkoper. Advies leen er een hier en koop er daar een en neem deze mee op de trekking. Ook van veel andere gebieden verkrijgbaar.

Leuke leesboeken zijn: De Snow Leopard en Aama in Amerika.
Engelse boeken (ook wel Nederlandse) kun je in Nepal tweedehands kopen en verkopen, voor 10 tot 15 gulden heb je een goed en bekend boek. Deze kun je weer verkopen tegen de helft van de aanschafwaarde. Je hoeft dus geen extra leesboeken mee te nemen.

6 oktober 1999
Om 16.15 uur vertrekken we vanuit Keldonk met de auto naar ‘s-Hertogenbosch. Nog even koffie drinken in de restauratie van het stationsgebouw en om 17.30 uur de trein in. Na 1 ¾ uur (18.45 uur) komen we op Schiphol aan. We zijn meteen aan de beurt met inchecken. Eerst doen we de rugzakken in de flight-bags. We gebruiken een nylon bindbandje om deze af te sluiten.

We kregen een brief, door een Transavia-medewerker uitgereikt. Hierop stond de mededeling, dat er als we morgen aankomen in Kathmandu, er een demonstratie is van een Maoïstische beweging. Deze zijn tegen het monarchistische- democratische systeem en willen meer communistische invloeden in Nepal invoeren. Het openbare leven zal deze dag stil liggen. Dit zal betekenen dat er geen taxi’s rijden, geen winkels en openbare gebouwen open etc. We zullen onder politie-escorte met bussen naar het centrum van Kathmandu vervoerd worden, aldus de brief. 
Om 21.30 uur vertrekt het Transavia vliegtuig een Boeing 737 en maakt na 6½ uur een tankstop in Sharja. Dit is een schiereiland van de Verenigde Arabische Emiraten. Vanuit de lucht gezien: één grote woestijn. Na 2 uur vliegen we weer door. We cirkelen nog een kwartiKathmandu-vallei van uit het vliegtuigertje boven de Kathmandu vallei. Het is bewolkt en we hebben hierdoor geen mooi uitzicht over de bergen van de Himalaya. Volgens de informatie van de piloot wordt er nog gewerkt aan de landingsbaan. We landen 3 uur en 40 minuten na de tussenstop. Het is 14.00 uur plaatselijke tijd.

Op het vliegveld zoeken we eerst onze rugzakken tussen de berg rugzakken en gaan in de rij staan om het visum te laten bekrachtigen. Als alles geregeld en afgehandeld is verlaten we het luchthavengebouw. We lopen langs een rij schreeuwende mensen die ons allemaal naar een hotel of Guest House willen rijden, dit ondanks de demonstratie. Zij die met een taxi rijden, kunnen aangevallen of beschoten worden door die Maoïstische beweging. Wij zeggen hier en daar ‘no’ en lopen door naar de regeringsbus. Vincent zat voor in de bus Jeannette achter. De prijs is 50 rupee (fl. 1,50) per persoon.

Als Jeannette goed en wel zit, komt er een Nederlands stel achter haar zitten. Zij vragen of Jeannette al weet waar wij gaan overnachten. Jeannette antwoordde dat we misschien naar Potala Tourist Home zouden gaan, een adres van Sylvie. Een kennis waar wij tijdens de Vierdaagse in Nijmegen verschillende malen hebben mogen logeren. Zij is vorig jaar naar Nepal geweest en heeft ons m.b.v. dia’s veel informatie gegeven. Ondertussen stappen zwaar bewapende mannen met kogelvrije vesten aan, met geweren uit de jaren 50 in deOnze bescherming bus om ons te beschermen. Dan blijkt een man vlak bij Jeannette van het genoemde Tourist Home te zijn. We krijgen een folder en beloven met z’n vieren te komen kijken. Hij zal dan voor ons de bus te betalen. Hij weet niet dat Vincent voor in de bus al had betaald. We krijgen later het geld niet meer terug. Er wordt gezegd dat we ook voor de rugzakken moeten betalen, dat is meteen de eerste keer dat we worden opgelicht (voor fl. 1,50). De bus toetert onderweg om de paar seconden een fietser of wandelaar van de weg. In verband met de demonstratie zijn er weinig taxi’s op de weg. Op naar het Tourist Home. Het zijn kamers met een douche, wastafel en toilet en een slaapkamer met zitje. (De kamer heeft alle noodzakelijk voorzieningen maar niet te vergelijken met Europese kamers.) Prijs $ 10,-. We dingen af naar $ 8,-. De man zegt meteen ja. We hebben het dus te duur anders zou hij nog wel verder onderhandelen. Daar komt later de tax nog bij, dus $ 9,-. Na wat spullen uitpakken gaan we met Walter (zonder H) en Jessica (het Nederlandse stel) de stad in.

We gaan een beetje sfeer proeven in Thamel, de toeristenwijk van Kathmandu. We zien de eerste tempels en ruïneachtige huizen, houten woningen, vuilnis op straat, koeien, bedelaars, sadhus Een Sadhu(een fake heilige). We vergapen ons aan alle indrukken die op ons afkomen. Spelende kinderen, biddende ouderen, stalletjes met fruit, popcorn en een aantal ondefinieerbare warme dranken en hapjes. Een compleet andere cultuur. We kopen 2 bananen voor 5 rupee (16 cent). We zien vooral ook veel houtsnijwerken aan de huizen. Al lopend en kijkend komen we zo aan bij Durbar Square. Een wijk met veel mooie tempels. We gaan zitten bij een tempel en genieten van het uitzicht en het straatleven. Om 18.00 uur wordt het donker en gaan we terug naar Thamel. Onderweg zien we kleine supermarkten, met een aantal westerse spullen. Met name op het gebied van verzorging en voeding. Op naar restaurant Helena’s. Tibetaanse monnikenEen eethuis met een mooie binnentuin. Het ziet er sprookjesachtig uit. Het adres hebben we gekregen van Sylvie en ook in de Lonely Planet staat het restaurant als goed te boek. We eten dal bhat een echt Nepalees gerecht met rijst, curry en groenten. Inclusief drank kost het 150 rupee (± fl. 5,-) per persoon. Tegen 20.00 uur vinden we het welletjes en gaan we richting het hotel. We spreken af om morgenochtend om 8 uur te gaan ontbijten. Na een lauwe douche en het schrijven in het dagboek gaan we slapen.

8 oktober 1999
We kopen een paar broodjes bij een bakker en zoeken een mooi plaatsje in de stad om deze te nuttigen. Dit bleek niet makkelijk. Het gemotoriseerd verkeer op de weg is nu erg druk, in tegenstelling tot de rust die er gisteren hing i.v.m. de demonstratie.

Er hangt een behoorlijke smog, veel en veel erger dan we ooit in Nederland hebben meegemaakt. Vooral de tuk-tuk’s (driewieligeTuk-tuk’s brommertjes met overkapping) veroorzaken een geweldige rook. Ook de stof die al die bewegingen op doet waaien is indrukwekkend en voor een westerling onvoorstelbaar. We kopen ondertussen kaartjes voor de busreis naar Pokhara. (200 rupee p.p. ± fl. 6,50) Wij zullen morgen vertrekken naar de 2e stad van Nepal. Walter en Jessica zouden nog een dag in Kathmandu blijven. Een trekkingpermit regelen is sinds juli van dit jaar niet meer nodig, dat scheelt dus weer een taxirit en waarschijnlijk veel tijd. We lopen langs het Royal Palace. Nadien lopen we langs de drukke straten waarbij je bij het oversteken bijna van je sokken wordt gereden. Het gemotoriseerd verkeer stopt niet voor voetgangers, maar toetert voortdurend dat je aan de kant moet gaan omdat zij er aankomen. Nog steeds op zoek naar een ontbijtplekje komen we uiteindelijk we weer uit bij Durbar Square, waar we bij een oude tempel de broodjes hebben opgegeten.

Een gids komt zich aanbieden. Eerst kwam hij een praatje maken en wat schriften laten zien, hierin prijzen Nederlanders hem als goede gids en hadden 15 dollar over gehad voor zijn diensten. We willen misschien wel een kleine rondleiding van 1½ uur maar wilden niet meer betalen dan 400 rupee. Hij geeft ons een rondleiding naar Swayambhunath (de Apentempel).Swayambhunath Daar naar toe lopend zien we een soort apotheek. Hier kun je allerlei geneesmiddelen kopen, zelfs antibiotica. We zien stalletjes langs de weg waar ze beesten aan het slachten zijn. Hygiëne is hier dan zeer ver te zoeken. De tempel ligt op een berg, de trap ernaar toe staat ook vol met souvenirkraampjes en beelden van Boeddha en andere goden en symbolen. Na 1½ uur stopte de rondleiding. We betaalden 500 rupee. 100 rupee meer dan was afgesproken. Toch wilde de gids nu weer 600 rupee. Hier zijn we niet op in gegaan. Nadien zijn we op eigen houtje weer teruggelopen. We zien, als we over een brug lopen, een vuilnishoop net langs de rivier. Alle afval, dus ook het vuil wat op hopen in de straten ligt, wordt hier in de rivier gedumpt. Nadien lopen we naar Patan, de op één na grootste stad in deze vallei ligt gescheiden door een rivier tegen Kathmandu aan. We posten onderweg een brief die we uit Nederland hebben meegenomen voor een in Nederland wonende Nepalese jongen, vriend van een kennis.

In Patan aangekomen zien we vele mooie tempels. We zijn ook naar het Patan-museum Link naar Patan Museumgeweest waar ze uitleg geven over het ontstaan van Patan en over de betekenis van de godenbeelden en symbolen, zeer de moeite waard. Er zijn in de ramen van dit museum lig plaatsen gecreëerd waar je de markt kunt bekijken. We zien voor het eerst dat mensen zich aan het wassen zijn in een openbare badplaats. Daar komen ook mensen water halen. Ze hebben hier geen stromend water in de huizen.

Nadien geven we onszelf een rondleiding aan de hand van de Loney Planet. We zien oude huizen en gebouwen, weefgetouwen waar ze tapijten aan het knopen zijn van Tibetaanse wol. Gegeten op een dakterras met uitzicht op de markt. Met de taxi al toeterend naar Thamel terug. De prijs, 100 rupee, hebben we uit de Lonely. Na wat rond neuzen in boekenwinkels zijn we naar Helena’s restaurant gegaan, om wat te drinken. We besluiten om samen met Walter en Jessica een aantal dagen op te trekken. We vertrekken morgen dus niet naar Pokhara en gebruiken dus ook de voor morgen gekochte buskaartjes niet.

8 oktober 1999
We kopen een paar broodjes bij een bakker en zoeken een mooi plaatsje in de stad om deze te nuttigen. Dit bleek niet makkelijk. Het gemotoriseerd verkeer op de weg is nu erg druk, in tegenstelling tot de rust die er gisteren hing i.v.m. de demonstratie.

Er hangt een behoorlijke smog, veel en veel erger dan we ooit in Nederland hebben meegemaakt. Vooral de tuk-tuk’s (driewieligeTuk-tuk’s brommertjes met overkapping) veroorzaken een geweldige rook. Ook de stof die al die bewegingen op doet waaien is indrukwekkend en voor een westerling onvoorstelbaar. We kopen ondertussen kaartjes voor de busreis naar Pokhara. (200 rupee p.p. ± fl. 6,50) Wij zullen morgen vertrekken naar de 2e stad van Nepal. Walter en Jessica zouden nog een dag in Kathmandu blijven. Een trekkingpermit regelen is sinds juli van dit jaar niet meer nodig, dat scheelt dus weer een taxirit en waarschijnlijk veel tijd. We lopen langs het Royal Palace. Nadien lopen we langs de drukke straten waarbij je bij het oversteken bijna van je sokken wordt gereden. Het gemotoriseerd verkeer stopt niet voor voetgangers, maar toetert voortdurend dat je aan de kant moet gaan omdat zij er aankomen. Nog steeds op zoek naar een ontbijtplekje komen we uiteindelijk we weer uit bij Durbar Square, waar we bij een oude tempel de broodjes hebben opgegeten.

Een gids komt zich aanbieden. Eerst kwam hij een praatje maken en wat schriften laten zien, hierin prijzen Nederlanders hem als goede gids en hadden 15 dollar over gehad voor zijn diensten. We willen misschien wel een kleine rondleiding van 1½ uur maar wilden niet meer betalen dan 400 rupee. Hij geeft ons een rondleiding naar Swayambhunath (de Apentempel).Swayambhunath Daar naar toe lopend zien we een soort apotheek. Hier kun je allerlei geneesmiddelen kopen, zelfs antibiotica. We zien stalletjes langs de weg waar ze beesten aan het slachten zijn. Hygiëne is hier dan zeer ver te zoeken. De tempel ligt op een berg, de trap ernaar toe staat ook vol met souvenirkraampjes en beelden van Boeddha en andere goden en symbolen. Na 1½ uur stopte de rondleiding. We betaalden 500 rupee. 100 rupee meer dan was afgesproken. Toch wilde de gids nu weer 600 rupee. Hier zijn we niet op in gegaan. Nadien zijn we op eigen houtje weer teruggelopen. We zien, als we over een brug lopen, een vuilnishoop net langs de rivier. Alle afval, dus ook het vuil wat op hopen in de straten ligt, wordt hier in de rivier gedumpt. Nadien lopen we naar Patan, de op één na grootste stad in deze vallei ligt gescheiden door een rivier tegen Kathmandu aan. We posten onderweg een brief die we uit Nederland hebben meegenomen voor een in Nederland wonende Nepalese jongen, vriend van een kennis.

In Patan aangekomen zien we vele mooie tempels. We zijn ook naar het Patan-museum Link naar Patan Museumgeweest waar ze uitleg geven over het ontstaan van Patan en over de betekenis van de godenbeelden en symbolen, zeer de moeite waard. Er zijn in de ramen van dit museum lig plaatsen gecreëerd waar je de markt kunt bekijken. We zien voor het eerst dat mensen zich aan het wassen zijn in een openbare badplaats. Daar komen ook mensen water halen. Ze hebben hier geen stromend water in de huizen.

Nadien geven we onszelf een rondleiding aan de hand van de Loney Planet. We zien oude huizen en gebouwen, weefgetouwen waar ze tapijten aan het knopen zijn van Tibetaanse wol. Gegeten op een dakterras met uitzicht op de markt. Met de taxi al toeterend naar Thamel terug. De prijs, 100 rupee, hebben we uit de Lonely. Na wat rond neuzen in boekenwinkels zijn we naar Helena’s restaurant gegaan, om wat te drinken. We besluiten om samen met Walter en Jessica een aantal dagen op te trekken. We vertrekken morgen dus niet naar Pokhara en gebruiken dus ook de voor morgen gekochte buskaartjes niet.

De verslagen van onze wandelingen over het Annapurna circuit en de Helambu trek kun je hier lezen.