Queenstown via zuidkust naar Christchurch


Stoomschip
De rit met het stoomschip is erg leuk. Mannetjes die echt ouderwets kolen scheppen om de boot op stoom te krijgen. Mooie koperen meters waarop alles wordt aangegeven. De stoom verwarmt de zitruimte van de boot. De rit duurt ongeveer drie kwartier.

Bergop is zwaar!!
Aan de overkant is een boerderij die je kunt bezichtigen, een restaurant en allerlei activiteiten die je kunt doen. Honden drijven schapen bijeen. Wij nemen de gravelweg die we voor 1,5 dag zullen volgen. Het weer is wat minder maar dat mag de pret niet drukken. We maken met een zeiltje een perfecte en droge lunchplek. Daarna een flinke klim. Als we boven zijn komen er vanaf de andere kant net twee Belgen boven. We wisselen ervaringen uit en horen dat de kampeerplek waar we heen gaan erg mooi is. Dat klopt inderdaad, we vinden een mooi plekje aan het Mavora lake.

De volgende dag fietsen we lekker met de wind in de rug terug naar de asfaltweg, daar komen we nog een grote kudde schapen tegen. Nog 32 km over de asfaltweg voordat we in Te Anau aankomen. Morgen hebben we hier een boottocht naar Doubtfull Sound, een fjord hier in de buurt.

Doubtfull Sound
De trip is een groot succes. Door de regen van de afgelopen dagen zijn er veel watervallen te zien. Vandaag is het redelijk droog en dat is ook weer goed. We staan veel buiten op het dek van de boot en verwonderen ons de hele dag over het mystieke uitzicht over het fjord. We begrijpen nu waarom er wordt gezegd dat je dit met slecht weer gezien moet hebben. Als we wat verder bij de zee komen komt er wat meer blauw in de lucht en dat is bijna jammer.

Naar de Zuidkust, via Invercargill naar Dunedin
Er wordt morgen harde wind met windstoten van 120 km/uur voorspeld. Dat lijkt ons geen goed idee om te gaan fietsen. We wachten het af. Na wat getwijfel stappen we uiteindelijk toch op de fiets. Het valt allemaal mee. Het waait hard maar de harde windstoten blijven uit. We hebben de wind in de rug, dat scheelt. Soms regent het maar af en toe komt ook de zon door. Al met al helemaal niet slecht. De dag daarna naar Invercargill staat in het teken van kou en regen maar ook dat overleven we allemaal. Op de camping treffen we een aantal gestrande fietsers die al 5 dagen wachten op minder harde tegenwind. Wij hebben de wind mee en worden wel wat nat.

Het is nog drie dagen fietsen naar Dunedin, aan de Oostkust. Vooral de laatste dag was het weer lekker zonnig en warm. We fietsen via de langere en steilere, maar veel mooiere, kustweg naar Dunedin. Daar treffen we Linda en Ronnie weer, die vandaag even een andere route hebben genomen om in de stad een slaapmat om te ruilen. Toevallig komen we elkaar weer tegen bij de supermarkt. Natuurlijk gaan we hier naar de Pak ’n Save. Veruit de goedkoopste supermarktketen van Nieuw Zeeland maar vaak toch nog twee tot drie keer zo duur als in Nederland. Vrijwel alle backpackers en fietsers klagen over de hoge prijzen hier. In de 3 maanden dat we hier zijn is de euro 10% minder waard geworden, en dat merken we.

Otago railtrail
Morgen starten we met de Otago railtrail. Een route van 150 km aangelegd over een oude spoorbaan. Om er te komen nemen we een historische treinroute die voert door gorges en tunnels en gaat over oude bruggen. Moet een schitterende route zijn. Dan nog 20 km over een gravelweg om bij het beginpunt van de route te komen. Dat wordt in ieder geval twee dagen niet al te zwaar fietsen, de treinroute stijgt met maximaal 2%.

De treinrit met de historische trein duurt twee uur. Het is een mooie rit, de trein rijd door gorges en tunnels en over lange bruggen. Dan zijn we in Pukerangi. Een ‘stationnetje’ in the middle of nowhere. Sommige mensen gaan weer met dezelfde trein terug, de meesten worden opgehaald met een busje om in Middlemarch te starten met de railtrail. Wij fietsen de 20 km naar Middlemarch, samen met een Duits koppel.

Middlemarch is een dorp met een paar huizen, een klein winkeltje en een aantal fietsverhuur bedrijven.

Blijkbaar hebben ze hier ook vrijgezelle boeren. Daarvoor maken ze geen televisieprogramma zoals bij ons maar is er ieder jaar op Paaszaterdag een trein die van Dunedin naar Middlemarch rijdt, helemaal vol met vrijgezelle vrouwen. Allemaal op zoek naar een leuke boer. De trein zit al maanden van te voren vol geboekt.

Het is erg mooi weer, daarom besluiten we om niet op de camping in Middlemarch te overnachten maar nog 35 km door te fietsen. De tocht is erg mooi en het gravel pad prima te fietsen. We komen bij een simpele campground met een composttoilet. Water tappen en wassen kan in de rivier. Later komen de twee Duitsers ons vergezellen.

De trail is ongeveer 150 km lang met gravel als ondergrond. Hij stijgt de eerste helft van 200 naar 618 meter. Daarna is het weer afdalen naar weer 200 meter. Op dag twee passeren we het hoogste punt. Als we daarna naar beneden fietsen voel je pas hoeveel zwaarder het naar boven fietsen eigenlijk was. Ook hier gorges en donkere tunnels ( met een bocht …).

Behalve de gorges is er vooral veel landbouw. We zien duizenden en duizenden schapen. De treinrail is daarvoor destijds ook aangelegd, om landbouwoogst en schapen te vervoeren. Nu de trein er niet meer is wordt de railtrail bevolkt door fietsers.

Na twee dagen zijn we ook wel weer klaar met de railtrail. Veel rechtdoor en weinig klimmen brengt ook niet zoveel variatie. We fietsen nog 20 km door naar Cromwell. We zijn blij dat we er zijn, het laatste stuk hebben we harde wind tegen, dat ben je al snel beu..

Lindispass
We doen inkopen voor een paar dagen. De volgende hobbel komt eraan: de Lindispass. Hij is 960 m hoog en het volgende dorp ligt op 110 km. We gaan proberen dat in 1 dag te doen, als het niet lukt hebben we in ieder geval de mogelijkheid om ergens wild te kamperen.

De pas valt erg mee. Het klimt geleidelijk en wordt nooit echt steil. Een half uurtje na de lunch staan we op de top. Het is dan nog 35 km naar Omarama. De wind steekt weer op en komt van de zijkant. Soms best gevaarlijk, we waaien zowat van de weg af.

Mt Cook
Weer doen we inkopen. Dit keer voor vier dagen. We fietsen naar Mt Cook, de hoogste berg van Nieuw Zeeland. Het is 95 km fietsen voordat we bij een DOC camping zijn. We willen graag een paar dagen blijven om wat wandelingen te maken. De weg er naar toe valt wat tegen. De bewolking hangt laag en daardoor hebben we geen uitzicht op de gletsjers. De campsite ligt op 750 m en het is er koud. Gelukkig is er een shelter waar we binnen kunnen zitten en koken. Ook Ronnie en Linda zijn weer op deze campsite. Na een nachtje slapen is het nog steeds mistig. We fietsen naar de informatie om te informeren naar het weer. Het zal niet helder worden vandaag, helaas geen wandeling vandaag. Als we buiten komen trekt de lucht toch open en voordat we weer op de camping zijn is het lekker warm en zonnig. De weermannen hier zullen wel dezelfde school hebben gehad als die in Nederland. Soms klopt het wel met het weer maar vaak ook niet. Snel lunchen en toch beginnen aan de wandeling naar een meer zo’n 100 m hoger. We hebben een erg leuke middag samen met Ronnie en Linda. We maken veel foto’s nu we meer zicht hebben op de bergen en gletsjers om ons heen.

Nieuwe tent
Onze tent begint tekenen van aftakeling te vertonen. We hebben al een paar keer verlekkerd naar de mooie vierseizoenen Hilleberg tent van Ronnie en Linda gekeken. Op een regenachtige dag in Dunedin vond Ronnie zo’n zelfde tent te koop op Marktplaats, af te halen in Helmond. Sinds die tijd zijn we via de mail in onderhandeling. Vandaag zijn we even in het visitorcenter en hebben we een kwartier gratis internet. We hebben een mail dat de koop gesloten is. We hebben een nieuwe tent! Helaas moeten we hier nog gewoon met onze 10 jaar oude Fjall Raven doen. We zetten hem steeds heel voorzichtig op zodat er geen stokken breken. Ondertussen zit er ook een winkelhaak in het doek. Dat mag de pret allemaal niet drukken. We rekenen erop dat hij het die laatste twee weken ook nog volhoudt.

Lake Tekapo
Dan is het ook wel weer genoeg geweest en gaan we weer fietsen. 56 km over dezelfde weg terug. Nu is het wel zonnig en we zitten steeds achterstevoren op de fiets om uitzicht te houden over Mt Cook en steeds maar weer foto’s te maken van de gletsjer met op de voorgrond het blauwe Pukakimeer.

We fietsen vandaag de 105 km naar Lake Tekapo. Ook hier blijven we minimaal 1 dag. Het meer is ook hier prachtig blauw. Er is een vliegveld vanwaar je vluchten kunt maken over alle gletsjers die hier in de buurt liggen. Omdat het ook vandaag zonnig is besluiten we om dat te doen. De vlucht duurt een uur en de mooie beelden spreken voor zich.

We nemen vandaag afscheid van Ronnie en Linda. Vanaf hier volgen we een andere route. We hebben bijna drie weken samen op getrokken, wat erg gezellig was.

Wij fietsen hierna via de Alps 2 Ocean trail in vier dagen weer terug naar de Oostkust. Daarmee komt het einde van onze reis in zicht.

Alps 2 Ocean
Geplaatst op 25-02-2015
Na een geweldig mooie vlucht met een vliegtuigje boven de gletsjers besluiten we om nog een dag in Lake Tekapo te blijven. Het is alweer een mooie plek aan een meer. Dan is het tijd om de Alps 2 Ocean cycle trail te starten. Het is een route van 300 km van, uiteraard, de Alpen naar de oceaan. We willen dit in vier dagen doen.

Dag 1 kennen we al gedeeltelijk van de heenweg vanaf Mt Cook. We fietsen heerlijk vlak langs een kanaal wat van lake Tekapo naar lake Pukaki loopt. Hiermee wordt steeds van meer tot meer stroom opgewekt. In Nieuw Zeeland komt bijna 80% van de benodigde stroom van waterkracht.

Goede bewegwijzering
Het laatste deel van de route is een leuke trail door een vlak gebied. Het pad zelf is niet erg vlak en we worden dan ook flink door elkaar geschud. We komen regelmatig poortjes tegen waar we, met wat passen en meten, gelukkig vaak wel doorheen kunnen zonder de bagage van onze fietsen te moeten halen.

Dag twee staat in het teken van een klim, van 600 tot 900 meter. Op zich niet heel bijzonder maar dit keer is het een smal pad. Dat maakt het in ieder geval heel anders en veel avontuurlijker. Door een schakelfoutje val ik en is mijn voet gekneusd. Het is behoorlijk pijnlijk maar fietsen gaat nog best goed. Daardoor is het toch nog lastig om die berg op te komen maar uiteindelijk komen we boven. Na een afdaling over zo’n zelfde pad volgt er een heerlijke gravelweg waarbij we de wind en de helling mee hebben. De laatste 25 km leggen we bijna binnen een uur af. Dan zijn we weer terug op de camping in Omarama. Daar waren we een week geleden ook al, net na de Lindisspas.

Einde van de Alps 2 Ocean trail
Op dag drie fietsen we weer langs een aantal stuwmeren met powerstations. Om bij de eerste dam te komen moeten we een steil stukje op. In de beschrijving wordt gesuggereerd om te gaan lopen. Als we er eenmaal zijn blijkt het wel te doen. De helling is tegen de 14% maar daar draaien we tegenwoordig onze hand niet meer voor om. Dat kunnen onze getrainde spieren wel aan. We komen al op tijd aan op de kleine camping in Kurow. Daar hebben we nog een heerlijke middag in de zon. De laatste dag is vooral het tweede deel erg mooi. De trail voert ver van de verharde weg. We fietsen door landbouwgebied wat wordt afgewisseld met allerlei soorten rotsen. We zien rotsen die op olifanten lijken, verticale rotspartijen en zachte steen, een soort mergel. Alles bij elkaar is het steeds weer een heel mooi plaatje. Dit is echt genieten.

Uiteindelijk komen we aan in Oamaru waar we via een leuke route door het park en wat historische straatjes naar het eindpunt aan de haven worden geleid. Daar horen natuurlijk de benodigde foto’s en een lekker ijsje bij. De camping is ook aan de haven. Vanuit onze tent hebben we uitzicht op de bootjes die er liggen. We blijven hier in ieder geval twee dagen.

Het plan is om van hier uit met de bus naar Christchurch te gaan. Fietsen is niet echt een optie. Dat zou 110 km over de drukke highway 1 zijn en dat wordt door iedereen afgeraden. Dan willen we voor een paar dagen een auto huren om het deel noordelijk van Christchurch nog te verkennen.

Maar … het bloed kruipt waar het niet gaan kan en fietsen is gewoon te leuk. We besluiten om met de bus nog iets verder naar het noorden te gaan, naar Kaikoura. Daar kunnen we walvissen en dolfijnen zien. Van daaruit is het via een route in de bergen nog drie dagen fietsen terug naar Christchurch. Dan hebben we nog net 1,5 dag over om in Christchurch nog wat zaken te regelen voordat we weer naar huis vliegen.

Vandaag, op onze tweede dag in Oamaru, hebben we dan eindelijk onze eerste geocaches gevonden. Het heeft bijna drie maanden geduurd voordat we daar aan toe gekomen zijn.

De bus
Morgen twee busritten voor de boeg. Onze fietsen mogen alleen mee als er plek is. Het schijnt nogal druk te zijn dus moeten we afwachten of dat ook allemaal gaat lukken. Op hoop van zegen.

De busritten naar Christchurch en later naar Kaikoura zijn voorspoedig verlopen. Onze fietsen konden op beide ritten mee.

Walvissen
Kaikoura is een klein maar gezellig plaatsje pal aan de kust. Het is vooral bekend van de tourtjes om walvissen te spotten of om te zwemmen met dolfijnen. Wij kiezen voor het walvissen spotten. Als je één of twee exemplaren ziet mag je blij zijn. Wij zien er twee! De boot komt heel erg dichtbij. Leuk om te zien hoe zo’n walvis eerst een tijdje ligt te ademen, af en toe wat water spuwt en dan weer onder water te verdwijnen. Ze komen 1 keer per 40 tot 60 minuten boven om te ademen en zijn zo’n 10 meter lang.

Kaikoura
We besluiten om hier nog een dag te blijven en dan 1 dag korter in Christchurch. We zijn tijdens de busrit een paar uur in Christchurch geweest en de stad ligt na de aardbeving van 2011 nog behoorlijk in puin. De stad is weer in opbouw, en ze zijn nog maar net begonnen. Overal nog open vlaktes en vooral veel bouwputten. In het centrum vooral veel tijdelijke voorzieningen.

We maken in Kaikoura een wandeling over het schiereiland. Lekker rustig met allerlei mooie rotspartijen, koeien, schapen en een zeehonden kolonie.

De laatste fietsdagen
We zien dat de aandrijfriem van de fiets van Vincent 5 tanden mist en dat er 21 tanden los zitten. We weten niet zeker of die het wel gaat houden tijdens de laatste paar fietsdagen. 300 km en 2000 hoogtemeters!! We gaan het gewoon proberen. In het ergste geval moeten we liften naar Christchurch.

De route voert ons door de bergen. Het klimmen gaat geleidelijk en de omgeving is behalve dor en droog ook erg mooi door de verschillende kleuren die zo’n droge berg dan toch nog heeft.

Na de tweede fietsdag komen we uit bij een camping die eruit ziet als een treinstation. De keuken is in het station zelf. Op het terrein staan een aantal oude wagons die zijn omgebouwd tot cabin die je kunt huren. Hier ontmoeten we ook weer Amir uit Amersfoort. We hebben hem net voor Dunedin ook al een keer ontmoet. Hij is ook onderweg naar Christchurch en is prettig gezelschap.

Als we ’s morgens wakker worden is gebeurd waar ik al een paar weken bang voor was. Er is een tentstok gebroken en die is dwars door het tentdoek heen gegaan. Als het al niet duidelijk was dat de tent echt op is dan is het dat nu wel. Hij gaat linea recta de kliko in.

De laatste 60 km naar Christchurch gaat via highway 1. Niet erg interessant en ook nog druk. Goede reden om lekker door te fietsen. Met een vaartje van rond de 25 km/uur rijden we naar Christchurch waar we al voor de middag bij ons hostel aan komen.

De terugreis
Diezelfde middag gaan we alvast op zoek naar fietsdozen om onze fietsen in te vervoeren tijdens de terugreis. We vinden ze bij een fietsenzaak aan de andere kant van de stad.

We informeren ook nog naar de voorwaarden voor het opsturen van een pakket met de kilo’s die we te veel bij ons hebben.

Onze laatste dag gebruiken we om het pakket op te sturen en de fietsen in de dozen te pakken. Als dat allemaal is gelukt trakteren we onszelf op een etentje bij de Irish pub met live muziek. Leuk om onze laatste avond zo te besteden.

Het is leuk om verhalen te schrijven en foto’s te plaatsen en te merken dat die door veel mensen worden gelezen en bekeken. Ook altijd leuk om reacties van jullie te ontvangen. We zitten nu nog lekker in het zonnetje op een terras in Christchurch. Over een uurtje worden we opgehaald door de airportshuttle en gaat onze terugreis echt beginnen. Als alles volgens planning verloopt landen we vrijdagmiddag rond half één op Schiphol