Van Rio Tranquilo naar Puyupuhapi


We hebben nog een gezellige avond op de camping met een Nederlands stel wat op de motor een jaar door Zuid Amerika reist. Leuk om ervaringen uit te wisselen. We vinden elkaars manier van reizen erg interessant. De volgende ochtend is het dan toch weer echt tijd om te vertrekken. 120 km verderop ligt Villa Cerro Castillo. Het weer is niet al te best, het waait en regent en het is koud. We zijn er allebei een beetje klaar mee. Niet met het fietsen en ook niet met de omgeving, die is werkelijk prachtig. Wel met het weer. Het is koud, nat en het waait hard. We fietsen nu al vier dagen langs het noordelijke gletsjerplateau en het schijnt geweldig mooi te zijn. Helaas hebben wij daar bijna niets van mogen meemaken. Te mistig, te regenachtig en te veel wolken. De route is vandaag prima te doen en aan het einde van de dag vinden we een mooi verlaten huisje waar een kamer is die nog helemaal intact is met raam en deur. We kunnen er prima in slapen en hoeven de tent niet op te zetten. Het is een mooie plek aan de rivier. Nog 1 dag te gaan naar Villa Cerro Castillo. Het weer is vandaag wat beter, deels blauwe lucht en dus uitzicht. Wat is het hier prachtig, dat blijven we de hele dag tegen elkaar zeggen. De laatste 30 km vallen nog behoorlijk tegen omdat de weg vol ligt met losse stenen. Vooral bergop is dat heel lastig, het stuur wil steeds niet precies wat ik wil. In Cerro Castillo aangekomen zoeken we een camping op. Later blijkt dat het personeel niet erg vriendelijk is en dat de meeste dingen niet goed functioneren op de camping, zoals een kraan en een douche en dat er muziek en pratende mensen zijn tot 4 uur ‘s nachts. Reden om voor onze rustdag iets anders te zoeken. We vinden een leuke hospedaje bij een oude dame en maken gebruik van de luxe door een groot deel van de kleding te wassen. Soms is twee keer wassen geen overbodige luxe.

Naar Coyhaique 
Het heeft vannacht gevroren. Een erg koude start dus vandaag. Wel een strak blauwe lucht en we mogen meteen beginnen aan een klim van 800 m die ons naar een top van 1120 m voert. Boven op de top, na ongeveer 40 km is een Conaf camping (Conaf is te vergelijken met Staatsbosbeheer). De klim is heerlijk over asfalt en helemaal niet te steil. We zijn ondertussen ook wel wat gewend natuurlijk. We vinden de camping op een schitterende plek in het bos. De plekken hebben allemaal een eigen hutje, picknickbank en kraan. Voor een warme douche moeten we eerst de ketel met water zelf opstoken met een houtvuurtje. Uurtje wachten en we hebben een heerlijk warme douche. We zitten lekker in het zonnetje en lezen wat. Als de zon achter de berg verdwijnt wordt het snel koud. Eten koken en op tijd de tent in. Het is fijn dat we goede spullen bij ons hebben. Fijne tent die stabiel staat, goede matjes die ook isoleren en een warme slaapzak. De volgende dag is het nog maar 65 km naar Coyhaique en ook nog merendeels bergaf. Een groot deel fietsen we door een landbouwgebied. We zien hier zelfs gras in balen. De landbouw bestaat hier  alleen maar uit grasland wat wordt gebruikt voor de vleeskoeien. Melkveebedrijven zie je hier eigenlijk niet. We komen al rond 12 uur aan in de stad en gaan naar een hostel met camping. Valt erg tegen dus zoeken we wat anders. De prijzen van de hostals zijn hier hoog. Dan toch maar naar de camping buiten de stad. Was op zich wel leuk maar er was verder niemand en toch wel een paar km buiten de stad. We fietsen weer terug richting centrum en vinden uiteindelijk een leuk en betaalbaar hostal. Coyhaique is de grootste stad aan de Carretera Austral en heeft 45.000 inwoners. Er is een grote supermarkt waar we onze voedselvoorraad weer helemaal aanvullen. Ook de toilettas van Vincent, die hij in Rio Tranquilo is kwijt geraakt, is weer redelijk gevuld.

Hoe nu verder?? 
Omdat het steeds erg koud blijft en de vooruitzichten ook zo blijven bedenken we of we vanaf hier nog wel door willen fietsen. Een beetje warmte zou welkom zijn. Tot nu toe hebben we nog maar 2 of 3 dagen in korte broek kunnen fietsen en als we kamperen moeten we steeds vroeg de tent in omdat het te koud is om buiten te zitten. Dat zijn we ondertussen wel een beetje beu. We blijven een dag in Coyhaique om uit te zoeken wat de mogelijkheden zijn. We kunnen 70 km verder fietsen naar Puerto Aysen en van daar uit een boot nemen naar Puerto Montt, het einde van de Carretera Austral. Wat blijkt; de eerste vrije mogelijkheid is over precies 14 dagen. Daar gaan we natuurlijk niet op wachten. Dan kunnen we ook nog met de bus maar het is erg onzeker of de fietsen dan wel mee kunnen. Ook lastig dus. We besluiten om maar gewoon door te fietsen en dan wat luxer te overnachten in een hospedaje of hostal. Het volgende deel van de route heeft in ieder geval wel die mogelijkheid. Als het dan overdag erg koud is dan weten we in ieder geval dat we ’s avonds lekker warm binnen kunnen zitten. Zo gezegd zo gedaan.  Als we uit Coyhaique vertrekken is het koud. We fietsen met twee jassen en dikke handschoenen aan. Als we koffie zitten te drinken twijfelen we of we er wel goed aan hebben gedaan om door te fietsen. Omdat we nu eigenlijk niet meer anders kunnen fietsen we maar gewoon door. De route loopt na een klim van 200 meter behoorlijk vlak door een dal met links en rechts hoge bergen. Er komen veel riviertjes en watervallen van de bergen naar beneden. In het dal is wat landbouw en we zien vandaag behoorlijk wat bewoning. Je kunt merken dat we dichter bij de stad zijn. De weg is nog steeds verhard. Dat brengt het gemiddelde behoorlijk omhoog. Op ripio fietsen we vaak 10 – 12 km/uur, hier wel 17. In Villa Manihuales vinden we een leuke hospedaje. We mogen vanavond de keuken gebruiken maar besluiten in het bijbehorende restaurant te eten.  Het volgende dorp ligt op 59 km van hier. Voor vanmiddag en vanavond is er veel regen voorspeld dus besluiten we om niet verder dan die 59 km te gaan. Het is een beetje een kwakkeldag met af en toe wat spatjes regen maar soms ook wat helderder weer. We zoeken weer een hospedaje op. Daar hebben we heel erg goed aan gedaan. Het regent de hele verdere dag en nacht. Als we wakker worden is het net droog.

Nationaal park Queulat 
Omdat het volgens het weerbericht vandaag droog zal blijven gaan we toch maar fietsen. Het is fris maar redelijk droog. Af en toe even de regenjas aan maar dat valt allemaal wel mee. Rondom ons is er op de toppen van de bergen overal verse sneeuw gevallen. De route is echt prachtig. Door de vele regen van gisteren komt er iedere paar honderd meter wel een stroompje, rivier, waterval of zoiets de berg af. Soms zijn het echte kolkende rivieren, indrukwekkend om te zien. Na 33 km is het over met de pret van het asfalt. Weer ripio vanaf hier en we mogen meteen klimmen. We gaan er van uit dat we 1.000 m moeten klimmen maar tot onze verbazing komen we niet verder dan 400 m. Wat een kadootje! We fietsen ondertussen in Nationaal Park Queulat. Vooral de afdaling is geweldig. Het regent hier 4000 mm per jaar dus alles is heel erg groen. Bemoste bomen, veel varens en Gunnera’s en vooral veel watervallen en mooie riviertjes. We fietsen regelmatig heel langzaam en zeggen tegen elkaar hoe mooi het hier is. We komen uit bij een camping en refugio’s midden in het bos, gebouwd op een steile helling. We moeten onze spullen een heel eind via trappen door het bos omhoog dragen. Er is een mooie keuken op de helling gebouwd en iets hoger liggen een aantal tentplaatsjes en drie hutjes. We nemen één van de hutjes en zitten ’s avonds lekker bij de kachel. Samen met een Argentijns stel; allebei journalist en ze verdienen de kost door te schrijven over hun fietsreis. Ideale manier van reizen lijkt me.  Als we wakker worden regent het en na wat twijfelen besluiten we, net zoals het Argentijnse stel, om hier een dag te blijven. We hebben een lekker luie dag binnen en lezen veel. Helemaal goed dat we hier zijn gebleven. Het is nog maar 24 km naar Puyuhuapi. Het is lekker weer en de zon schijnt. Na een kilometer of 10 bereiken we het fjord waar Puyuhuapi aan ligt. We kijken uit naar dolfijnen maar zien ze helaas niet. Met zon en een heerlijke temperatuur komen we aan in het dorp. We lunchen in het parkje en zien een aantal andere fietsers. We praten nog wat met een frans stel op ligfietsen die voor onbepaalde tijd onderweg is. Na de lunch zoeken we de camping op die ons is aanbevolen. De tent staat onder een soort afdak, ideaal tegen regen en wind, alhoewel dat vandaag niet echt nodig is.